woensdag 10 februari 2010

Bergen zijn leugenaars

Ik was eens in Roemenië (dat is een land in een uithoek van Europa waar de mensen zich minder wassen en minder centen hebben, maar wel lief zijn en niet tegen je roepen omdat je je kleingeld niet direct vindt). Er zijn daar veel bergen. Daar had ik, slim als ik ben, natuurlijk rekening mee gehouden. Ik trok mijn bergschoenen aan bij de eerste aanblik van de Karpaten (want dat is de achternaam van die bergen) en ik begon een paadje te volgen. Hier en daar had iemand een gele streep op een steen geverfd. Die gele strepen leidden omhoog, naar plekken waar steeds minder bomen en huizen stonden. Mijn rugzak begon door te wegen, dus ik smeet hem maar weg. Maar niet zonder er eerst mijn fles water te hebben uitgenomen. Ik dronk er eens van en dat deed deugd, want ik had al heel lang dorst.
Na lang zwoegen bereikte ik de top van zo’n Karpaat. Het uitzicht was prachtig. Alleen was er een wolkje dat nogal koppig in de weg hing. Ik deed teken dat het even opzij moest gaan, maar het wilde niet. Dus ging ik maar zitten wachten op die berg. Ik viel in slaap en droomde van mijn meisje thuis. ’s Morgens stond er een grote glimlach op mijn gezicht. Het was koud. Gelukkig was de wolk weg en kon ik nu een foto maken. Maar er was iets veranderd aan dat uitzicht, behalve dat dat wolkje verdwenen was. Die berg was ’s nachts op wandel gegaan! Dus ik zeg: "Zeg, berg, wat heeft dat te betekenen? Kan je niet gewoon blijven liggen waar je ligt?" Maar de berg, die ook een reuzenschildpad was (zoals alle bergen) deed of zijn neus bloedde en beweerde dat hij niet bewogen had. De gele strepen waren nochtans nergens meer te zien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten